Hoe doe je verslag van een pandemie?

De duidende rol van de wetenschapsjournalist is met de komst van het virus van veel groter belang geworden. Maar hoe communiceer je bevindingen die allesbehalve zeker en bovendien volop in ontwikkeling zijn?

Wetenschapsredacteuren schreven tot voor kort niet vanzelfsprekend dag na dag de voorpagina’s van kranten vol. Zij hebben hun eigen plek, vaak halverwege de krant. Daar berichten ze over wetenschappelijke doorbraken, daar worden uiteenlopende nieuwe inzichten bevraagd: van majoranadeeltjes tot zwarte gaten, van ontbossing tot hartafwijking. Tot februari vorig jaar, toen hele krantenredacties plotseling vragend en bezorgd hun kant uit keken: wat was dit voor nieuw virus? Hoe gevaarlijk is het? En verdwijnt het nog?

 

Media-journalist Lineke Nieber interviewde op 10 mei 2021 drie wetenschapsjournalisten: Maarten Keulenmans (de Volkskrant), Jop de Vrieze (freelance voor o.a. De Groene Amsterdammer en Nieuwsuur) en mij in NRC. We blikken terug op ruim een jaar coronaverslaggeving:

De wetenschapsjournalist als scheidsrechter van feitelijkheid.